Darwin op de Galapagoseilanden
Als je met de boot dichterbij komt, lijkt de grijze rotskust te bewegen. Het zijn honderden zeeleguanen op zoek naar een vrij plekje waar ze zich urenlang kunnen koesteren in de zon. Af en toe duikt er een het water in voor een maaltje algen en wieren.
Charles Darwin, de man die de evolutieleer ontwikkelde als alternatief voor het scheppingsverhaal, zette in 1835 voet aan wal op een van de eilanden van de vulkanische Galápagosarchipel. Hij was verbaasd over de soorten die hij hier, ver weg van het vasteland aantrof. Weliswaar vertoonden de dieren enige gelijkenis met de soorten van het Zuid-Amerikaanse continent, maar toch zag alles er een beetje anders uit. De oker-kleurigeleguaan bijvoorbeeld, die uit een zanderig hol tevoorschijn kwam om zich tegoed te doen aan een stekelig cactusblad.
Wat verder het binnenland in, bij een kleine poel in een stukje grasland, lagen vier schildpadden half verscholen een modderbad te nemen. Het schild van de grootste was wel anderhalve meter lang. Toen Darwin dichterbij kwam, maakte het dier een sissend geluid en trok zijn kop in, onder het nauwsluitende schild.
Enkele dagen later zag Darwin op een volgend eiland weer andere reuzenschildpadden, nu met een gegolfd schild boven hun nek zodat ze hun kop konden verheffen. Was dit 'zadelschild' een aanpassing aan de hogere begroeiing?
Aangepaste snavels
In de struiken zitten verschillende vogeltjes, waaraan je op het eerste gezicht weinig bijzonders ziet. Maar van dichtbij blijken hun snavels gevarieerd in vorm, van puntig tot stevig. Uit onderzoek naar de eetgewoonten van deze 'Darwinvinken' blijkt dat de snavels zijn aangepast aan verschillende typen zaden.
Andere bijzondere vogels zijn de kleurige jan-van-genten, waarvan één soort blauwe poten met zwemvliezen heeft en een andere rode. Je vindt hier ook de kleine pinguïn, die zich op de evenaar thuis voelt. Een curiosum is de aalscholvermutant met slechts rudimentaire vleugelstompjes.
Blijkbaar heeft hij geen natuurlijke vijanden en is het geen probleem om aan zijn maaltje vis te komen. Wat opvalt is dat veel van de Galápagosdieren helemaal niet schuw zijn. Op de strandjes kun je zeeleeuwwijfjes en hun jongen vrij dicht naderen. Een buizerd vliegt niet weg, ook al staat er een mens vlakbij. Maar je boft pas echt als je de mannelijke fregatvogel kunt observeren tijdens het baltsritueel. Om het vrouwtje te imponeren blaast hij zijn felrode keelzak op.
Kaal- en doodslag
Behalve het rijke dierenleven is ook het afwisselende landschap met zijn rotsen, lavavlakten, ruige begroeiing en in het binnenland bos, de moeite waard. We kunnen er nog van genieten dankzij het initiatief van enkele pioniers op het gebied van het natuurbehoud, na een alarmerend relaas in 1957 over de op dat moment aangerichte schade. Walvisvaarders hadden onder de schildpadden een slachting aangericht. Jonge schildpadden waren nergens te bekennen. Kleine kolonies mensen die zich op de eilanden hadden gevestigd, brachten geiten, varkens en ratten mee. Die richtten een ravage aan in de begroeiing en lieten geen schildpadnest ongemoeid. Kaal- en doodslag was het beeld.
Een handvol natuurliefhebbers reageerde op het alarm. Met steun van Unesco richtten ze in 1964 op het eiland Santa Cruz het Charles Darwin Research Station op. Dit centrum richt zich op maatregelen om het tij te keren, zoals systematische uitroeiing van de verwilderde geiten en varkens. Maar het meest spectaculaire succes werd geboekt bij het fokken van een nieuwe generatie schildpadden. Op sommige eilanden waren nog maar enkele levende exemplaren, maar vorig jaar werd het duizendste gefokte dier naar het eiland Espanola gebracht, waar eerder uitsterving dreigde. Inmiddels hebben de Galápagoseilanden een erkende status als natuurreservaat en zijn opgenomen op de Unescolijst van werelderfgoederen. Dat geldt ook voor de omliggende wateren, zodat ook snorkelaars zich nu aan regels moeten houden.
Het toerisme, dat sinds 1970 een grote vlucht heeft genomen, moest natuurlijk streng worden gereguleerd om het precaire ecosysteem te kunnen behouden. De begeleiding is in handen van de Nationale-Parkdienst van Ecuador, die nauw samenwerkt met het Charles Darwin Research Station. De toegenomen belangstelling voor de schatten van de Galápagos heeft het onderzoekstation overigens de broodnodige financiële ondersteuning opgeleverd.
Bekijk de reizen naar de Galapagos-eilanden.