De wonderlijke wereld van planten
Een interview met Rogier van Vugt van de Hortus botanicus Leiden
Op reis staan culturele hoogtepunten en het grote wildlife vaak centraal. De flora komt voor velen op de tweede plaats, terwijl dat niet zo hoeft te zijn. Als je goed kijkt naar planten en bloemen gaat er een wereld voor je open, maar dan moet je wel weten waar te kijken. Kaschef Rogier van Vugt legt uit wat er bijzonder is aan de wereld van planten, en vertelt ons ook hoe de bijzondere collectie van de Hortus botanicus Leiden tot stand is gekomen. Wat blijkt: reizen speelt een belangrijke rol.
Laten we bij het begin beginnen: hoe is de collectie ontstaan?
“De Hortus botanicus Leiden is opgezet door Carolus Clusius, een botanist die in de 16e eeuw veel contacten had met het buitenland. Van zijn connecties ontving hij verschillende planten, die uiteindelijk hun plek kregen in Leiden. Zo haalde hij tulpen, snijbonen en tomaten naar Nederland om die hier als eerste te bestuderen en te telen. In de basis is dat tot de dag van vandaag niet veranderd. Het grote verschil is dat er tegenwoordig veel wetten en regels gelden, en we niet zomaar alle buitenlandse giften mogen accepteren. Planten moeten wel legaal reizen.
Maar ook door de opkomst van het internet en de sociale media is er een hoop veranderd. Je ziet zo gemakkelijk wat de collecties zijn van verschillende botanische tuinen overal ter wereld, zodat we sneller planten uitwisselen. Zelfs hobbyisten kunnen op die manier helpen! Ten slotte gaan we ook op expeditie om planten te verzamelen.”
Is er een expeditie die er wat jou betreft uitspringt?
“De recentste en belangrijkste expedities zijn gedaan door Ed de Vogel, een gepensioneerde orchideeënexpert. Hij is meerdere keren naar Nieuw-Guinea afgereisd en heeft met toestemming van de lokale overheid planten verzameld van gekapte bomen. Deze zijn met veel zorg naar de Hortus gebracht zodat ze hier tot boei konden komen. Pas toen kwamen we erachter welke soorten dat waren. En wat bleek: sommige planten waren nog onontdekt! Die hebben we dus zelfs namen kunnen geven.”
En wat zie je daarvan terug in de Hortus?
“Het overgrote deel van onze ongeveer 4000 soorten orchideeën zijn verzameld via deze expedities. Zoals de bijzondere Bulbophyllum nocturnum, die alleen ’s nachts bloeit, en de Dendrobium goodallianum, een roze naar kokosnoot ruikende orchidee die we naar Jane Goodall hebben vernoemd.
Deze wilde orchideeën zijn op het eerste gezicht minder spectaculair dan de soorten uit de tuincentra. Pas als je ze van dichtbij gaat bekijken zie je dat ze eigenlijk veel interessanter zijn. Zodra bezoekers dat doorkrijgen gaat er een wereld voor ze open, vol bizarre vormen, kleuren en geuren.”
Wat zijn andere bijzondere exotische planten van de collectie?
“Onze beroemdste planten zijn de Amorphophallus titanum (de penisplant) en de Victoria amazonica (reuzenwaterlelie). Veel mensen zullen die kennen. Maar we hebben ook een hele grote collectie Nepenthes: dat zijn klimmende, vleesetende planten die prachtige bekers maken waarmee ze hun prooien vangen. Dat kunnen insecten zijn, maar ook gewervelde dieren zoals muizen. Eén van onze soorten is vegetarisch, want die eet alleen gevallen blaadjes. We hebben ook veel mierenplanten, die op de takken van bomen groeien. In die omgeving is niet veel west of water voorhanden, dus maken ze een dikke stam waarin ze water kunnen opslaan. Binnen in die stam vormen zich allemaal kamertjes en gangen, die door mieren worden bewoond. Die mieren verzamelen op hun beurt voedsel in de kamers, waar de plant van profiteert. Als je op dat soort details gaat letten ontdek je een fascinerende wereld, een echte microkosmos.”
Heb je eigenlijk een favoriete plant?
“Dat verandert iedere week. Ik ben natuurlijk dol op al onze orchideeën, en zeker op de soorten die allemaal gekke trucjes uithalen om bestoven te worden. Zoals soorten die een vrouwelijke bij nadoen met hun bloem, zodat mannelijke bijen de planten onbedoeld extra goed bestuiven – omdat ze denken dat ze paren met een vrouwtje. Of parasitaire planten, die zelf geen bladeren meer hebben maar al hun voedingsstoffen aftappen van andere planten. Die zien er vaak heel vreemd uit en zijn een uitdaging om te kweken.”
Tot slot: waar zou jij graag een excursie naar willen maken?
“Uiteindelijk draaien al mijn reizen om het ontdekken van de bijzondere planten die daar groeien – op die manier zijn het altijd excursies. Vooral eilanden vind ik erg bijzonder, omdat daar soorten groeien die nergens anders ter wereld voorkomen. Dat kan dicht bij huis zijn, zoals Madeira en de Canarische eilanden. Zelfs Terschelling heeft zijn eigen, unieke orchidee. Maar ik ben natuurlijk ook gek op exotische bestemmingen. De Seychellen, waar ik laatst was, waren prachtig en zoveel meer dan alleen parelwitte zandstranden. Net buiten de gebaande paden vind je een paradijs van verschillende soorten bloemen. We hebben door enkeldiepe modder bergen beklommen om bij unieke orchideeën en vleesetende planten te komen. Op Instagram kun je de foto’s zien, trouwens ook van de bijzondere bloemen in de Hortus.
Mijn grote droom blijft toch wel een excursie naar Nieuw-Caledonië. Dat zit vol met bizarre soorten.”
3 Botanische topbestemmingen
-
Costa Rica
-
Zuid-Afrika
-
Maleisisch-Borneo
Biografie Rogier
“Al vanaf mijn vijfde ben ik bovenmatig geïnteresseerd in de natuur. Nadat ik 15 jaar bij een kwekerij van wilde orchideeën had gewerkt kwam ik terecht bij de Hortus botanicus, waar mijn passie en mijn werk naadloos in elkaar overlopen. Mijn vriendin en ik proberen tweemaal per jaar op reis te gaan. Eenmaal dichtbij huis en eenmaal intercontinentaal: waar zij met de telelens de lucht afzoekt naar vogels, kruip ik met mijn macrolens over de grond voor de planten.” instagram: @hortusleiden en @rogiervanvugt