Sri Lanka - paradijs voor natuurliefhebber
Het eerste waar je bij Sri Lanka aan denkt is misschien thee, specerijen, kleurrijke tempels, heerlijke curries, mooie stranden en een vriendelijke bevolking. Dit klopt ook allemaal en het is daarom niet verbazingwekkend dat het eiland is uitgegroeid tot een geliefde vakantie bestemming.
Honderd reservaten
Maar er is meer! Sri Lanka beschikt namelijk over een aantal prachtige nationale parken en reservaten met een verrassende flora en fauna. Voor de natuurliefhebber en vogelaar is Sri Lanka een waar paradijs. Nergens in Azië is de biodiversiteit zo groot als in Sri Lanka. De geïsoleerde ligging van het eiland leidde tot de ontwikkeling van enkele inheemse dieren plantensoorten. Daarnaast kent het eiland flinke hoogteverschillen en twee moessons met de namen Yala en Maha, die ieder jaar weer voor uitbundige regenval zorgen.
Bovendien heeft de regering oog voor natuurbehoud. Sri Lanka’s natuurschoon was al in een vroeg stadium bij haar koninklijke heersers duidelijk. Zo werd het huidige Mihintale nationaal park al in de 3e eeuw voor Christus door de toenmalige koning als reservaat aangewezen. Inmiddels telt het eiland maar liefst een kleine honderd reservaten met de meest prachtige flora en fauna.
Luipaarden op de catwalk
Sri Lanka kent verschillende grote zoogdieren. Van het nationale dier de olifant lopen er genoeg rond in de parken. Udawalawe park is daar een goed voorbeeld van. Maar ook daarvogels buiten kun je zomaar oog in oog komen te staan met een overstekend wild exemplaar. De echte ster van het dierenrijk, het luipaard, zie je het best in Yala nationaal park. Hier word je blij verrast door luipaarden die op klaarlichte dag rond paraderen. Als ware modellen poseren ze voor je camera en kijken je arrogant en zonder enige angst aan. Andere zoogdieren die je tegen het lijf kan lopen zijn sambar, een grote hertensoort, wilde buffels, verschillende mangoesten, jakhalzen, civetkatten en apen die zo uit Kiplings jungleboek lijken te zijn weggesprongen. En dan de vogels. Laten we eerlijk zijn, de eerste vogel die je waarschijnlijk spot in het wild is een pauw. Die komen hier in groten getale in het wild voor. Het geoefende oog spot in de meeste parken of daarbuiten echter nog veel meer bijzondere vogelsoorten. Het eiland kent maar liefst 33 inheemse vogels en er worden nog steeds nieuwe soorten ontdekt.
Reus van de oceanen
Maar ook in de Indische oceaan, die het eiland omringt, wemelt het van het dierenleven. De plaatsjes Galle, Mirissa en Trincomalee zijn goede uitvalplaatsen voor het spotten van verschillende zeezoogdieren. In de wateren rondom Sri Lanka komen veel verschillende dolfijnen voor. Nog meer indruk maakt echter een ontmoeting met de grootste reus uit de oceaan: de blauwe vinvis.
Door het jarenlange visverbod in de Sri Lankaanse wateren is deze gigant weer een regelmatige geziene gast. Tot slot nog een tip. Vergeet voor een reis naar Sri Lanka niet je verrekijker in te pakken en een camera mee te nemen met een flinke zoomlens.
> Rondreizen Sri Lanka