Overzicht Afrika rondreizen van Djoser

Op lemen voeten in Zuid-Afrika

tekst en foto's: Jan Erik Burger

Kleine kuddes blesbokken volgen ons op veilige afstand. De zon zet de dieren in een gouden glans. Zuid-Afrika is een prachtig land, mooie natuur, prima wijnen. Het stond lang op mijn verlanglijstje, maar nu ga ik er eindelijk heen, op wandelreis naar het oosten van het land.

De eerste mogelijkheid om te wandelen krijgen we in Waterberg, een privé wildpark. Met brede armgebaren legt gids Arthur de route uit, linksom of rechtsom het koppie. Na een lichte klim staan we al snel op een soort hoogvlakte en spotten de eerste bavianen en een paar bokjes. We lopen door de woeste Tierkloof naar beneden. Arthur is al begonnen met het voorbereiden van de maaltijd. Onze bijdrage zal zich beperken tot hand- en spandiensten. Arthur is een prima kok. Als echte Afrikaner man zorgt hij voor de braai, de vrouwen voor de bijkos, groenten en salades.
Anderhalve dag later zijn we op weg naar de Soutpansberge, een mooie bergketen met uitschieters naar 2000 meter. Ons reisdoel is de voormalige plaas (boerderij) Lajuma, genoemd naar een nabije top van bijna 1800 meter. Het biologenechtpaar Nigel en Rietta kocht Lajuma tien jaar geleden. Zij doen er aan natuurbeheer, wildbeheer en toerisme. Bovendien onderhoudt Lajuma uitwisselingsprogramma’s
met Europese universiteiten. Het domein is bijzonder rijk aan wild, waaronder hyena’s en de zeldzame luipaard.

Sabie
Sabie werd 125 jaar geleden het toneel van een ware ‘goldrush’. Nu de goudaders zijn uitgeput, vinden duizenden mensen werk in de florerende houtplantages. De houtindustrie exploiteert ook de hutten langs de Fanie Botha trail, een meerdaagse wandeling. Onder de dennen van de ronduit saaie exploitatiebossen is niets te merken van de rijke flora en fauna van Zuid-Afrika. Maar na de Maritzbos-hut begint het inheemse woud. Het goedgemarkeerde pad kronkelt, eerst nog tamelijk vlak, maar dan gaat het steil omhoog. We passeren een paar watervallen en zien, bijna boven, een heel fraai voorbeeld. Het water stort zich onder een hoog in de lucht hangend rotsblok naar beneden om te eindigen in een poel kristalhelder, ijskoud water. Het pad leidt naar de Hartebeesvlakte, een licht golvende hoogvlakte. Kleine kuddes blesbokken volgen ons op veilige afstand.

Kruger Wildtuin
Het Krugerpark dankt zijn bestaan aan president Paul Kruger van de boerenrepubliek Transvaal. Het nationale park werd in de loop der jaren steeds groter en overschrijdt tegenwoordig de grenzen van Zimbabwe en Mozambique. De Wildtuin doet zijn naam eer aan, het barst er van de beesten. Oifanten, neushoorns, giraffen en zebra’s. We doen ons best om zoveel mogelijk wildtochten te maken. Het leukst zijn de lichte wandelingen onder leiding én bescherming van enkele bewapende rangers. De vroege ochtenduren bieden de beste mogelijkheden om wild te zien. Eerst schemert het nog, dan breekt de zon door en zet de dieren in een gouden glans. Behalve het grotere wild zijn er veel antilopen, zoals de beeldschone rooibok/impala. De ranger voert ons naar een lage heuveltop met uitzicht naar alle kanten. In het westen trekt een kudde zebra’s voorbij, in het oosten zien we twee neushoorns. Onder aan de heuvel krijgen we les in de uitwerpselenkunde. Olifantendrollen, neushoorndrollen en een nest mestkeverlarven: een keurige ronde bol van aarde en stront.

Swaziland
In het kleine maar mooie natuurpark Malolotja wandelen we vanaf de hoogvlakte met een ranger diep naar beneden. Deze afdaling is te veel voor enkele leden van de groep. Ze keren om. In de vallei stoomt de Malolotjarivier en is de begroeiing weelderig. Het wandelen is hier kruip-door, sluip-door. Vanuit de verte zien we de indrukwekkende Malolotjawaterval. De drukkende warmte maakt de tocht omhoog ronduit zwaar. Eigenlijk is er maar een medewandelaar die koel als een komkommer blijft.

Drakensberge

De Drakensberge is de halvemaanvormige scherpe rand van een plateau, die zich over een afstand van enkele honderden kilometers uitstrekt. Waar de hoogvlakte van het onafhankelijke koninkrijkje Lesotho een dramatische val van 1000 meter maakt, ligt het koninklijke Natalse nationale park.
Het is tachtig vierkante kilometer groot, met het mooiste wat de Drakensberge te bieden heeft: een indrukwekkend landschap en een rijke flora met vele orchideeën. Arthur wijst ons, na de ervaringen in Swaziland, erop dat de trek omhoog zwaar is. Maar er is voor ‘elck wat wils’ en de groep splitst zich in drieën. Ik meld mij voor de kopgroep. Ons pad langs de Thukelarivier gaat al snel over in een behoorlijke klim, op sommige punten vinnig en moeizaam. We denken al aan omkeren, maar dan zet ik nog even alles op alles. Vijf minuten later is er de verrassing: uitzicht op een van de hoogste watervallen ter wereld. Links van Sentinel Mountain stort de Thukela zich bijna duizend meter omlaag. Eigenlijk zijn het vier aparte watervallen, onderbroken door smalle groene terrassen. Van beneden lijken ze, visueel verbonden door sluiers van opwaaiend schuim, één kronkelende waterstroom.

Wandelreis Zuid-Afrika.